Toezicht met tanden

placeholder

Toezicht zonder tanden heet de column waarin Marike Stellinga in de NRC van 2 november de vloer aanveegt met de softe manier waarop ‘wij‘ omgaan met misstanden zoals bij de Rabobank. ‘Wij’ houden slap toezicht, grijpen niet of te laat in en leggen idioot lage boetes op. Wat mij boeit, is hoe we kunnen zorgen voor toezicht mét tanden.

Tijdens het congres van toezichthouders in de zorg #NVTZ vorige week stond het veranderende profiel van de toezichthouder centraal. Als facilitator leidde ik de sessie over ‘omgaan met de media’. Inleider Rob van der Woude pleitte voor het vormen van een communicatieve airbag: een mediastrategie en afspraken hoe te reageren op berichten in diverse media. Een mooie vondst, die de aanwezige toezichthouders aansprak. Bestuurders met zo’n airbag zijn zich ervan bewust dat de buitenwereld meekijkt. Zij weten dat hun cliënten, medewerkers en samenwerkingspartners hun oordeel, suggesties en kritiek via sociale media direct de wereld in slingeren.
Er zit ook een minpuntje aan het concept communicatieve airbag: het klinkt alsof je een beschermende laag wilt optrekken tegen kritiek en beïnvloeding van buitenaf. Bestuurders en toezichthouders zouden juist niet moeten afschermen, maar actief op zoek moeten gaan naar kritische tegengeluiden. Dat is voor veel toezichthouders nog geen gesneden koek.  Sommigen krijgen bij de toezichtvergadering een uitdraai van alle twitterberichten (!) over hun instelling; anderen vertrouwen erop dat zij via hun bestuurder alle relevante informatie krijgen.  

Goed toezicht houden, mét tanden, begint bij je realiseren dat toezicht houden over bijvoorbeeld een zorginstelling of een corporatie meer is dan de jaarrekening goedkeuren. Goed toezicht houden bestaat ook uit actief op zoek zijn naar resultaten en klachten en overschrijdingen en verbetersuggesties. Niet alleen via de informatie van de bestuurder, maar ook via informatie van medewerkers, cliënten, huurders, samenwerkingspartners en andere misschien onverwachte stemmen. Je moet juist onwelgevallige informatie en tegengeluiden willen horen. Zonder het organiseren van tegenkracht, zowel binnen je raad van toezicht als erbuiten, is het slecht toezicht houden.
Daarom was de afsluitende oproep van NVTZ-directeur Marius Buiting mooi: hij daagde de verzamelde zorgtoezichthouders uit om binnen een jaar een jong persoon op te nemen in hun RvT en actief contact te zoeken met stakeholders van hun instelling.

Tegengeluiden opzoeken en binnenhalen: moge het een begin zijn van toezicht met tanden.